Onderhoudsgids
Met de winter om de hoek, hier zijn enkele onderhoudstips. Goed en regelmatig onderhoud houdt je fiets te allen tijde in topconditie, en het zal ook langer meegaan!
Herinneringen voor wintergebruik:
● Bewaar uw batterijen op kamertemperatuur voordat u gaat rijden.
● Onderweg kan een thermische beschermhoes de batterij tegen de kou beschermen
● Na het rijden in de kou is het het beste te wachten tot de batterij is opgewarmd tot kamertemperatuur voordat u deze oplaadt.
Als u lange tijd niet rijdt:
● Verwijder de batterij uit de fiets en bewaar de batterij binnenshuis op kamertemperatuur
● Houd de batterij volledig opgeladen, of laad de batterij elke 2 maanden op
● Stel de fiets niet langdurig bloot aan direct zonlicht, oververhitting of extreme kou, zoals in een geparkeerde auto in de zon of vlak bij een radiator.
● Stel uw fiets niet bloot aan zware omgevingen, vooral niet aan zoute lucht (zoals bij de zee)
1. Controleer de bandenspanning en de staat van de wielen
Gebruik een drukmeter of een pomp met een meter om te controleren en ervoor te zorgen dat de banden zijn opgepompt tot de vereiste druk. Draai de wielen en inspecteer visueel de banden op schade en slijtage. Controleer ook of de wielen soepel draaien, of er speling is in de velgen en of de remmen wrijving hebben.
2. Controleer het transmissiesysteem
Riem: Controleer de staat van de riem, of er schade of vuil is en of de riemspanning correct is. Controleer of deze soepel draait.
Ketting: Controleer de staat van de ketting, of er schade of vuil is. Controleer of deze soepel draait.
3. Maak het hele oppervlak van de fiets schoon
Het is vooral belangrijk om het oppervlak schoon te houden na het rijden onder zware omstandigheden zoals modderige, extreem stoffige of vochtige weersomstandigheden. Gebruik geen hogedrukspuit om direct water op de fiets te spuiten.
4. Laad de batterij op
Controleer het batterijniveau voordat u gaat rijden en laad de batterij van uw elektrische fiets op volgens de aanbevelingen van de fabrikant na elke rit, zodat u altijd klaar bent om te gaan.
Elke 3-5 ritten
1. Controleer de remblokken
Controleer de mate van slijtage van de remblokken met een liniaal met een witte achtergrond (bijv. een stuk papier). Nat weer, zanderige ondergronden en lange afdalingen versnellen de slijtage van de remblokken. Spray met alcohol voor uitwendig gebruik en veeg schoon op de remklauwen. Let op tekenen van vloeistoflekkage.
2. Controleer het draaimoment van de schroeven
Zorg ervoor dat alle bouten correct zijn aangedraaid en niet los zitten, vooral tijdens de eerste 3 maanden van het rijden met een nieuwe fiets.
3. Maak vuil en stof schoon
Batterijcompartimenten, crankstel, achtermotor en rondom het stuur moeten worden schoongemaakt om de fiets soepel te laten lopen.
Elke 3-6 maanden
1. Controleer bandenslijtage
De slijtage van banden kan sterk variëren afhankelijk van factoren zoals wegomstandigheden, rijintensiteit, gewicht, enz. De slijtage van de voor- en achterband kan ook verschillen. Controleer de profieldiepte en de staat van de band en vervang indien nodig.
2. Reinig batterijcontacten
Verwijder de batterij (indien van toepassing) uit de fiets en spray contactreiniger op de aansluitingen. Veeg schoon.
3. Controleer spaakspanning en wieluitlijning
Door factoren zoals wegomstandigheden, rijintensiteit, gewicht, enz., kunnen de spaaknippels en het wiel losraken of zelfs breken. Controleer de spanning van de spaaknippels om te zorgen dat ze uniform zijn en niet gebroken. Controleer of het wiel recht is of wiebelt. Als een van deze problemen zich voordoet, breng de fiets dan naar het dichtstbijzijnde Urtopia-servicepunt voor reparatie.
Elke 1 jaar
Veel van deze taken vereisen speciaal gereedschap en geavanceerde professionele kennis. Overweeg om uw fiets naar uw lokale Urtopia-servicepunt te brengen voor reparatie.
1. Onderhoud van het hydraulische remsysteem
Spoel en ontlucht de hydraulische olie en controleer de slijtage van remblokken en schijven.
2. Onderhoud van het voornaaflager
Controleer of het voorwiel soepel draait, zonder ongebruikelijke geluiden, trillingen of significante weerstand. Maak de borgmoer los, verwijder de as, reinig de binnenkant van de naaf en vet opnieuw in.
3. Lagers van trapas en balhoofd
Controleer of de lagers van de trapas en het balhoofd soepel draaien, zonder ongebruikelijke geluiden, trillingen of significante weerstand of speling. Als een van deze problemen zich voordoet, moeten de lagers of de trapas- en balhoofdassemblage worden vervangen.

